De warme zomer van 2018 heeft de bierverkoop wereldwijd serieus aangezwengeld. Heineken en Carlsberg proosten alvast op prima resultaten, AB InBev zit dan weer met een Zuid-Amerikaanse kater.
AB InBev: resultaten onder druk
AB InBev verkocht in het derde kwartaal 146 miljoen hectoliter, waarvan bijna 130 miljoen hectoliter eigen bieren. Exclusief overnames komt dat neer op een groei met 0,5%. De eigen bieren, waaronder de internationale merken Stella, Budweiser en Corona, deden het vooral goed in Europa en Mexico en op heel wat Afrikaanse markten. Die groei werd wel grotendeels tenietgedaan door het resultaat in Brazilië (waar AB InBev marktaandeel verliest) en Argentinië (dat te kampen heeft met hyperinflatie).
Daardoor komt de kwartaalomzet uit op 13,3 miljard dollar (11,6 miljard euro), een (interne) groei met 4,5%. Onder de streep bleef 1,61 miljard dollar (1,4 miljard euro) over, gevoelig minder dus dan de 2,58 miljard dollar uit dezelfde periode een jaar eerder: dat verklaart meteen waarom de groep vandaag aankondigde zijn dividend te halveren om het programma van schuldafbouw niet te hypothekeren.
Heineken en Carlsberg in topvorm
Heineken, het Nederlandse concern dat ook Maes, Affligem en Grimbergen in portefeuille heeft, verkocht in het derde kwartaal 62,6 miljoen hectoliter bier, goed voor een groei met 4,6%. Volgens de Belgische topman Jean-François van Boxmeer is die groei te danken aan de prima zomer en aan sterke groei in Brazilië (waar Heineken marktaandeel afsnoept van AB InBev), Mexico, Vietnam en Zuid-Afrika. De voorlopige jaarwinst staat intussen al op 1,6 miljard euro, beter dus dan de 1,5 miljard euro uit dezelfde periode een jaar eerder.
Op de definitieve cijfers van die andere grote brouwer, het Deense Carlsberg, is het nog wachten tot 1 november. In een tussentijdse verklaring liet de Nederlandse CEO Cees ‘t Hart alvast wel weten dat de omzet en winst door de mooie zomer hoger zullen afklokken. In die mate zelfs dat de groep zijn winstverwachting voor het hele jaar een ietsje optrekt.