Ahold Delhaize is voorstander van Europese wetgeving, die bedrijven verplicht om mensenrechtenschendingen binnen de volledige productieketen aan te pakken.
200.000 producten
Op dit moment is er geen enkele wet die bedrijven verplicht te waken over de mensenrechten. Wel heeft de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) concrete richtlijnen geformuleerd voor bedrijven. Binnen Europa wordt er bovendien gewerkt aan zo’n wet.
Om verschillende redenen is Ahold Delhaize voorstander van het initiatief. In de eerste plaats zou het de risico’s op eventuele misstanden aanzienlijk verkleinen, zegt Hugo Byrnes, vicepresident productintegriteit. Het supermarktconcern verkoopt wereldwijd zo’n 200.000 verschillende producten, waarbij het steeds de laatste schakel in de productieketen is. Het is een enorme opgave om dat allemaal zelf te controleren.
Ongelijk speelveld
Momenteel volgt Ahold Delhaize de OESO-regels, die bedrijven mee verantwoordelijk stellen voor eventuele problemen in de hele productieketen. “Wij zouden het prima vinden als de richtlijnen van de OESO in een wet worden vastgelegd. Zodat alle bedrijven moeten meedoen. Nu zoeken wij naar oplossingen voor problemen, terwijl sommige andere bedrijven niets doen en goedkoper uit zijn. Het creëert ongelijkheid in de markt”, zegt Byrnes aan Trouw.
Een van de initiatieven die de groep heeft genomen, is de publicatie van een mensenrechtenverslag. De aandachtspunten in dat verslag, zoals bijvoorbeeld vakbondsrechten of vrouwenrechten, komen vervolgens ook aan bod in gesprekken met leveranciers. Daarnaast hanteert het concern onder meer een hele reeks regels waaraan producten moeten voldoen.
Dat Ahold Delhaize ondanks de inspanningen nog regelmatig genoemd wordt in kritische rapporten van maatschappelijke organisaties, vindt Byrnes niet meer dan logisch. Hoge bomen vangen nu eenmaal veel wind. “Maar de bedrijven die aan ons leveren blijven vaak volledig buiten beeld. Als wij naar hun beleid tegen ontbossing vragen, doen ze soms alsof ze van niets weten.”
Het is een bijkomende reden waarom het retailconcern voorstander is van de wet, want het zou veel makkelijker zijn om die leveranciers daarop aan te spreken. “We denken dat we dan veel meer kunnen bereiken dan nu.”