Door alle supermarkten over te dragen aan zelfstandige uitbaters hoopt Delhaize het speelveld wat gelijker te trekken. Zal dat volstaan? Op operationeel vlak lijkt de retailer immers maar weinig te leren van de strak georganiseerde collega’s van Albert Heijn.
Rug tegen de muur
Geen half werk bij Delhaize: terwijl de vakbonden vreesden dat “een aantal” supermarkten zouden worden verzelfstandigd, gaat meteen het hele geïntegreerde winkelnetwerk in België over naar aangesloten ondernemers. Een drastisch besluit dat de directie wellicht met de rug tegen de muur heeft genomen. Het is van moetens: Delhaize is het zwakke broertje binnen de groep Ahold Delhaize en voelt de adem van interne concurrent Albert Heijn in de nek.
Het grote probleem is, uiteraard, dat er geen gelijk speelveld is in de moordende concurrentiestrijd. Als groot, oud en traditioneel bedrijf sleept Delhaize een logge organisatie met zich mee, hoge operationele en loonkosten, flink wat verworvenheden en weinig flexibiliteit. De recente loonindexering deed er nog een schep bovenop. Het werd onhoudbaar om zo de concurrentie aan te gaan met nieuwkomers die hun hoofdkantoor en distributiecentra in Nederland houden, waar veel gunstiger arbeidsvoorwaarden gelden.
Onzekere arbeidsvoorwaarden
De hamvraag is: zal het verzelfstandigen van winkels de problemen van Delhaize oplossen? Slechts voor een stuk: het uitbaten van de winkels wordt goedkoper, het ondernemersrisico wordt afgewend op zelfstandige ondernemers die een nieuwe dynamiek moeten brengen – good luck to them. De medewerkers moeten zich op termijn wellicht schikken naar een minder gunstig statuut: Delhaize garandeert dan wel het behoud van banen en arbeidsvoorwaarden, maar in de realiteit valt dat moeilijk af te dwingen, zodra er een nieuwe werkgever aan het roer komt. Zelfstandigen kunnen rekenen.
We zien exact dezelfde discussie bij Mestdagh/Intermarché. Het is een trend. Overigens, ook bij Carrefour, Albert Heijn en Jumbo verloopt expansie nog haast uitsluitend via franchise. Dat heeft eveneens voor een groot deel te maken met de te hoge loonkosten in België, en het gebrek aan arbeidsflexibiliteit. Anderzijds: ook de zelfstandige uitbaters ontsnappen niet aan de toegenomen concurrentie en de druk op de marges. Het is ook voor hen geen wandeling in het park.
Er is overigens wel een ander interessant aspect aan de operatie. Vandaag hebben Delhaize-franchisés amper mogelijkheden om nog bijkomende winkels te openen: de markt is immers vol. Vandaar dat flink wat ondernemers aandringen bij Albert Heijn. Maar doordat er nu 128 winkels op de markt komen, kan Delhaize de groeihonger van de eigen affiliés stillen, en zo een blauwe franchisegolf misschien een stukje tegenhouden.
En de logistiek?
Aan de logistieke en operationele problemen van Delhaize verhelpt dit toekomstplan dan weer niets. “Delhaize zal verder blijven investeren in haar eigen logistiek om zo een optimale dienstverlening te verzekeren aan haar volledige winkelnetwerk,” zegt het persbericht enkel. Zal dat volstaan? De retailer liet op dat vlak immers behoorlijk wat steken vallen de afgelopen jaren.
Dat is opmerkelijk, want de fusie tussen Delhaize en Ahold is nu bijna zeven jaar achter de rug. Zeven jaar waarin de Belgische nummer twee alle tijd had om te leren van zusterbedrijf Albert Heijn, Europees kampioen in logistiek en efficiënte winkeloperaties. Wie wel eens met een franchisenemer praat, weet: een supermarkt van Albert Heijn runt als het ware zichzelf. Een geoliede machine. Het contrast met Delhaize is enorm – er zijn nu al een paar ondernemers die kunnen vergelijken. Hoe komt het dat de Belgische foodretailer op dit vlak zo weinig vooruitgang boekte? De logistiek draait nog steeds tamelijk vierkant, de organisatie in de winkels bleef een twistpunt.
Geen alternatief?
En nu? De interne weerstand tegen verandering was bij Delhaize altijd groot. Dat komt voor een deel op het conto van het management, dat lang aarzelde om echte knopen door te hakken. Je kan werknemers niet kwalijk nemen dat ze niet staan te springen om privileges uit een beter verleden op te geven. Maar de supermarktketen gaat nu een erg onzekere en onrustige periode tegemoet van onderhandelingen en stakingen – in een jaar van sociale verkiezingen. Dat is altijd slecht nieuws. Voor de motivatie van de betrokken medewerkers is dit ook bepaald geen opsteker.
Dat marktaandeel zal dus alvast de komende maanden niet opveren. En de vraag is wanneer wél: de overgang zal gradueel en stap voor stap gebeuren. Het kan met andere woorden nog héél lang duren. En dat terwijl er geen tijd te verliezen valt. Maar er is wellicht gewoon geen alternatief. Positief bekeken: áls het plan slaagt, hebben Delhaize en Albert Heijn samen het potentieel om op termijn marktleider te worden op de Belgische markt. Ahold Delhaize maakt immers indruk als strak geleide retailgroep. Maar die “als” staat daar niet zomaar. De vakbonden zetten zich schrap, de concurrentie zit intussen niet stil, de klok tikt.