Pragmatische partnerruil
Het is hoogst opmerkelijk dat de ‘onoverbrugbare verschillen in strategische visie‘ waarop REWE in september 2013 besloot om de inkoopsamenwerking met Leclerc te verbreken, ruim anderhalf jaar later toch niet zo onoverbrugbaar blijken. Beide retailers gaan weer samen inkopen, net zoals ze al eerder deden, zeven jaar lang onder de vlag van Coopernic.
Bovendien gaan ze op projectbasis samenwerken, waarbij teams van beide retailers strategische thema’s oppakken zoals de ontwikkeling van biologische assortimenten, het exploiteren van reisbureaus, en samenwerking bij onderwerpen als import, elektrische mobiliteit en energie.
De aankondiging van de hereniging, op 5 juni jongstleden, kwam voor de buitenwacht als een donderslag bij heldere hemel. Het versterkt de indruk dat pragmatische partnerruil het schoolbal van de internationale (inkoop-)samenwerking bepaalt; een bal waar dansers snel van partner wisselen en muurbloempjes dreigen weg te kwijnen. REWE en Leclerc dansen nu weer met elkaar: dit jaar nog trekt REWE in bij haar nieuwe inkooplief, terwijl het de drie C’s Colruyt, Conad (Italië) en Coop Suisse (Zwitserland) in de kou laat staan.
REWE verlaat immers dit jaar nog de drie C’s, waarmee het anderhalf jaar geleden de nieuwe inkoopalliantie Core oprichtte. Daarmee verliest Core haar locomotief, want REWE is met een omzet van zo’n 51 miljard euro in 12 Europese landen veruit de grootste speler binnen Core en vertegenwoordigt meer dan de helft van het inkoopvolume. Zonder deze locomotief lopen de achterblijvende leden van Core het risico op een dood spoor te geraken.
Colruyt: het gaat niet om volume maar om groei
Desgevraagd wil de woordvoerder van Colruyt niets kwijt over de invloed van deze ontwikkeling op de inkooppositie van de discounter en de toekomst van Core. Hij verwijst naar een artikel in de Belgische krant De Tijd waarin Christophe Dehandschutter, aankoopdirecteur van Colruyt en vice-voorzitter van Core, zich geen zorgen zegt te maken over de invloed op de concurrentiepositie van Colruyt.
Het gaat volgens Dehandschutter niet alleen om het gebundelde inkoopvolume, maar ook om de verwachte groei. Die is zowel van Colruyt, Conad als Coop Suisse heel positief voor producenten, zo benadrukt de inkoopleider. Bovendien verloopt de samenwerking tussen de drie overgebleven Core-leden volgens hem erg vlot.
Het laatste wat de vice-voorzitter van Core zal doen, is publiekelijk de handdoek in de ring gooien nu de voorzitter van Core – REWE-chef Alain Caparros – de vorig jaar door REWE opgerichte inkoopalliantie nu alweer de nek lijkt om te draaien. Maar de argumenten die Dehandschutter aanvoert, zijn discutabel: feitelijk is Core gemarginaliseerd en hebben de drie overgebleven partners geen gemeenschappelijke meerwaarde voor leveranciers. En of de samenwerking binnen Core zo gesmeerd verloopt, is uiteraard niet te controleren. Voor REWE blijkt het alleszins geen reden om Core trouw te blijven.
Voor REWE telt alleen Leclerc
Wat is dan voor REWE de meerwaarde van Coopernic – waartoe naast Leclerc ook Coop Italia en Delhaize behoren – boven Core? REWE wil geen toelichting geven. “Alles wat we er nu over kwijt willen, staat in het persbericht”, aldus de woordvoerder. Coop Italia is een interessante partner, maar onmogelijk van doorslaggevende aard voor REWE, aangezien die in Italië met haar Penny-discountwinkels zelfs met Coop concurreert.
Delhaize staat buitenspel bij Coopernic, nu het in gesprek is met Ahold. “In het belang van Coopernic en haar leden zal Delhaize voorlopig niet meer fysiek aanwezig zijn tijdens de onderhandelingen, maar Coopernic heeft het mandaat om namens Delhaize te onderhandelen”, nuanceert Delhaize-woordvoerder Nicolas van Hoecke weliswaar. “Het feit dat Delhaize voorlopig niet meer fysiek rond de onderhandelingstafel verschijnt, betekent geenszins stopzetting van haar deelname in projecten of van het lidmaatschap van Coopernic.”
De reden voor REWE om bij Coopernic terug te keren, is Leclerc. Onder leiding van de eigenzinnige Michel-Edouard Leclerc is deze retailer qua omzet (45 miljard euro) en multinationale operatie een veel betere match dan de drie Core-leden die nu verweesd achterblijven. Leclerc is bovendien aanjager van de stormachtige ontwikkeling van de drives, zoals de ophaalpunten voor online bestelde levensmiddelen in Frankrijk worden genoemd, maar Leclerc ontbeert een sterke internationale partner, en hetzelfde geldt voor REWE.
Auchan en Metro deden de alarmbellen rinkelen
Doordat in oktober 2014 Auchan en Metro Group zich opeens als mondiale inkooppartners presenteerden, om al een maand later met de gezamenlijke inkoop te starten, zijn wellicht bij Leclerc en REWE alle alarmbellen gaan rinkelen. Door de nieuwe Duits-Franse inkoopcombinatie Metro-Auchan, die in totaal een omzetvolume van zo’n 114 miljard euro vertegenwoordigt, ontkomen REWE en Leclerc er niet aan om een streep te zetten onder hun strategische meningsverschillen en samen een volume van 96 miljard euro in stelling te brengen, waarbij de omzet van Coop Italia ook nog mag worden opgeteld.
Hoewel Dehandschutter het tegendeel beweert en meer op groei dan op volume schakelt, geldt in de internationale inkoop eenvoudigweg de macht van de grote getallen. Zeker in de rationele en efficiënte levensmiddelenbranche, waarin veel retailers kapitalen investeren in het vooralsnog onbewezen online businessmodel, is het stapelen van inkoopmacht nog steeds een beproefd recept om kosten te drukken en de kernactiviteit te laten renderen. Om internationaal, maar vooral op hun eigen thuismarkt, niet weggeconcurreerd te worden door Metro-Auchan, zijn REWE en Leclerc gewoon tot elkaar veroordeeld.
Vandaar dat REWE zijn Core-partners laat vallen en weer aanschuift bij Leclerc. Op de foto die REWE en Leclerc publiceerden bij het persbericht van jongstleden vrijdag 5 juni, zitten Alain Caparros en Michel Edouard Leclerc gebroederlijk naast elkaar. Twee glimlachende bestuursvoorzitters naast elkaar – en niet tegenover elkaar – aan tafel, in de wetenschap dat ze eigenlijk niet zonder elkaar kunnen. Dat is het pragmatisme dat de internationale inkoop anno 2015 bepaalt.