De Zweedse kledinggroep H&M moest zich in het eerste kwartaal van zijn boekjaar 2015/2016 tevreden stellen met een lagere nettowinst. Hogere aankoopkosten en een moeilijke verkoop wogen op de marges.
Omzet steeg 8,5 procent
H&M verkocht in de periode tussen begin december 2015 en eind februari 2016 voor 43,691 miljard Zweedse kroon (4,7 miljard euro) aan kleding: 8,5% meer dan in dezelfde periode van het voorgaande boekjaar. Topman Karl-Johan Persson sprak niettemin van licht tegenvallende resultaten, want een warme winter zorgde ervoor dat veel warme kleding de voorbije maanden in de rekken bleef hangen.
Bovendien was het weer niet de enige tegenvaller: de dure dollar strooide eveneens roet in het eten. Daardoor stegen immers de aankoopkosten van het Zweedse bedrijf, iets wat overigens ook zal gelden voor de kleding die voor het tweede kwartaal van het boekjaar wordt besteld. Pas tegen het vierde kwartaal zou dit effect verdwijnen. H&M laat het grootste deel van zijn kleding in Azië produceren, waar contracten in dollar worden afgesloten.
Daardoor daalde de winstgevendheid van het concern: de brutomarge liep terug van 55,2% vorig jaar tot 52,0% nu. Netto vertaalde zich dat in een terugval van 3,613 miljard kroon (390 miljoen euro) naar 2,545 miljard kroon (275 miljoen euro).
De H&M-groep telde eind februari wereldwijd 3.970 winkels. Daarvan hangt er bij 3.650 het H&M-logo boven de deur. COS heeft 159 winkels, Monki 106, &Other Stories 31, Weekday 19 en Cheap Monday 5. Nog deze maand wordt het 4.000ste verkooppunt geopend in de Mall of India in de Indiase hoofdstad New Delhi. De Zweedse groep betrad vorig jaar de Indiase markt en zegt dat de zaken er voorspoedig verlopen.