De Chinese retailreuzen staan onder druk: Alibaba beleeft het slechtste kwartaal sinds 2014, Ochama-moeder JD.com ziet de groei vertragen terwijl het verlies oploopt. De argusogen van Peking en nieuwe corona-opstootjes maken het de techspelers moeilijk.
Minder consumptie in China
Het voorbije kwartaal boekte Alibaba 29% meer omzet, goed voor zo’n 200 miljard yuan (28 miljard euro). Dat is veel minder dan analisten verwachtten en is een nieuwe teleurstelling na de beperkte omzetgroei van ‘maar’ 8,5% op het belangrijke koopjesfestival Singles’ Day vorige week. Toch zijn het nog vooral de winstcijfers die tegenvallen: de winst viel met liefst 81% terug.
Onlineluxewarenhuis Tmall, dat vooral Westerse merken verkoopt, zag de omzet met amper 3% stijgen. Een opvallende terugval die te verklaren valt door nieuwe concurrentie. China kende de afgelopen periode ook weer nieuwe corona-uitbraken, met lockdowns en dalende consumptie tot gevolg. Gelukkig was er nog internationale groei: Alibaba kreeg er 20 miljoen nieuwe buitenlandse gebruikers bij, wat hun totaal op 953 miljoen van de 1,24 miljard brengt.
Ogen op het buitenland
De radicale ingrepen van de Chinese overheid om de macht van grote technologiespelers zoals Alibaba aan banden te leggen, hielpen natuurlijk ook allesbehalve. Zo mogen kinderen alleen nog in het weekend gamen en kregen onder meer taxiapp DiDi en Ant Financial boetes én strenge nieuwe regels opgelegd. Beide zijn zusterbedrijven van Alibaba.
Ook JD.com, rivaal van Alibaba en sinds vorige week in Nederland actief met Ochama, waarschuwt voor zwakke Chinese consumptie. De omzet steeg er vorig kwartaal met een kwart, maar de winst kwam 435 miljoen dollar (385 miljoen euro) in het rood uit. Het bedrijf blijft niettemin groeien: in het kwartaal opende JD ruim 150 elektronicawinkels van Asus en werd een eerste logistiekroute tussen China en Londen gelanceerd.