E-commerce heeft niet het groenste imago: taferelen van bestelwagens die kriskras door onze straten rijden, waarbij soms twee koeriers van dezelfde leverancier tegelijkertijd in een straat opduiken, een eindeloze stroom van gratis teruggestuurde pakjes… Iedereen worstelt met het probleem, maar de oplossing ligt niet voor de hand.
Focus op gebruiksgemak
Unizo dat aanstuurt op een Europees verbod op gratis retourzendingen, minister Petra De Sutter (bevoegd voor Bpost) die de pakjessector radicaal wil vergroenen en koerierdiensten die voor de rechter moeten verschijnen: de discussie over hoe het hele ecosysteem van e-commerce moet ge(her)organiseerd worden, woedt volop. E-commercegiganten zoals Zalando, Amazon en (lokaler) bol.com zijn verwikkeld in een strijd om marktaandeel. Om dat te bekomen, ligt hun focus volledig op het gebruiksgemak van de eindconsument. Die wil zijn online bestelde producten zo snel mogelijk en liefst zonder extra kosten aan de deur hebben, en ook makkelijk zaken als niet-passende kledij (gratis) kunnen terugsturen.
Dat model zet de hele logistieke keten onder hoogspanning, en daarbij bengelt de duurzaamheid van het model onderaan het prioriteitenlijstje. Bijkomend probleem: kleine lokale webshops worden gedwongen om in dat spel mee te stappen, terwijl ze vaak niet de schaal hebben om het daaraan verbonden prijskaartje te betalen. Daardoor dreigen ze nog meer achterstand op te lopen ten opzichte van de grote spelers.
Zwaardere pakjes om toeslag te vermijden
Daar komt nog bovenop dat goedbedoelde initiatieven om de pakjesleveringen toch wat duurzamer te organiseren, hun doel soms compleet missen. Het meest frappante voorbeeld zagen we eerder deze week in diverse media opduiken: een bescheiden speelgoedwebshop uit Zoersel vertelde hoe die bewust zijn pakjes verzwaart met (weliswaar versierde) stenen om te ontsnappen aan een toeslag bij Bpost voor pakjes die wel groot zijn, maar weinig wegen (denk aan pluchen knuffelbeestjes).
Het is duidelijk dat het een gedeelde verantwoordelijkheid is tussen de eindconsument en de e-commercespelers. Die kijken echter de kat uit de boom, waardoor de bal in het kamp van de overheden belandt. De Sutter maakt in Het Laatste Nieuws de juiste analyse: het probleem situeert zich in de eerste plaats in de intussen beruchte “last mile”, het stukje afstand dat moet overbrugd worden tussen distributiecentrum en de klant.
Level playing field, maar op welk niveau?
De enige piste is een “level playing field” creëren: iedereen gelijk voor de wet. De grote vraag is op welk niveau dat speelveld moet gelijk getrokken worden. Unizo-topman Danny Van Assche heeft gelijk dat een verbod op gratis retourzendingen enkel zin heeft op Europese schaal, zoniet zet België zichzelf volledig buitenspel op het vlak van e-commerce. De slakkengang waarmee de beruchte Digital Markets Act (die de grote online platformen moet gaan reguleren) zich door de Europese instellingen beweegt, doet echter voldoende beseffen dat zoiets niet voor morgen zal zijn.
Het lijkt er evenmin op dat de sector zichzelf snel gaat reguleren om het e-commercemodel te verduurzamen. Nochtans is het niet onmogelijk: Wouter Torfs getuigde eerder al hoe zijn schoenenketen het online kanaal even rendabel kreeg als de fysieke winkels: de shoppingervaring dusdanig optimaliseren dat het aantal retourzendingen tot een minimum werd herleid, bijvoorbeeld. Het wordt echter een werk van lange adem: de klant heeft online shoppen leren kennen in zijn huidige verschijningsvorm. Dat verwachtingspatroon wijzigen wordt een titanenwerk…