Magnetische vingerafdruk
Het was de Fin Janne Haverinen, CEO en oprichter van IndoorAtlas, die in de jaren 1990 de mogelijkheden van magnetische velden in gebouwen ontdekte. Bij een onderzoek ontdekte hij dat elk gebouw zijn eigen specifieke magnetische ‘vingerafdruk’ heeft. Met dat idee ging hij aan de slag om IndoorAtlas te creëren.
Door gebruik te maken van wat hij zelf de ‘GPS van de natuur’ noemt, kon hij een GPS creëren die zelfs binnen in gebouwen accuraat werkt en waarvoor enkel een smartphone nodig is, die zelfs geen verbinding moet hebben met een netwerk. Hij moet enkel beschikken over een kompas en een magnetometer, twee zaken die tegenwoordig vrijwel standaard zijn.
IndoorAtlas gebruikt eigenlijk het systeem dat dieren die lange afstanden afleggen, zoals schildpadden en walvissen, gebruiken. Ook zij laten zich immers gidsen door magnetische velden.
Reclame over nabije producten
Het grote voordeel aan IndoorAtlas is dat het geen extra infrastructuur vraagt, waardoor het heel eenvoudig is voor retailers om te gebruiken voor eigen doeleinden. Het duurt slechts enkele uren om een winkel volledig in kaart te brengen, waarna klanten via een app bijvoorbeeld geholpen kunnen worden om producten te vinden in een winkel.
Ook kan er geadverteerd worden op basis van producten die in de buurt zijn. Zit een klant in een winkel en loopt hij voorbij de wijnsectie, dan zou hij dus een bericht over die ene wijn die in promotie staat kunnen ontvangen.
Eerder dit jaar werkte IndoorAtlas al samen met de Finse kruidenierswinkelketen Fonella. Die bouwde een app die klanten hielp producten te vinden en die ook relevante reclame gaf voor nabije producten. De app stond standaard geïnstalleerd op iPads die waren bevestigd aan winkelkarretjes.
Wibe Wagemans, hoofd van IndoorAtlas in de VS, is alvast dolenthousiast over de adverteermogelijkheden en noemt het zelfs de “heilige graal van het adverteren”. Hij zei aan FastCompany.com dat er een grote kans is dat in de toekomst grote bedrijven veel geld zullen spenderen aan ‘indoor advertising’.