Ahold Delhaize krijgt toch geen 200 miljoen euro aan belastingvoordeel. Daar hoopte de supermarktgroep op na de fusie tussen Ahold en Delhaize, maar de rechtbank verwerpt de aanvraag nu ook in beroep.
Fusie-goodwill
Twee keer nul op het rekest voor Ahold Delhaize: Ahold rekende er na de fusie met Delhaize in 2016 op het fikse bedrag aan “fusie-goodwill” tien jaar lang te kunnen aftrekken van de vennootschapsbelasting, maar zowel de fiscus als twee verschillende rechtbanken denken daar anders over.
Nadat de Nederlandse Belastingdienst geen rekening hield met het bedrag, besloot Ahold de zaak voor te leggen aan de rechtbank. “In de huidige wet- en regelgeving zijn meerdere interpretaties mogelijk omtrent de fiscale behandeling van deze goodwill. Om hier duidelijkheid over te verkrijgen hebben partijen besloten om de casus aan de rechter voor te leggen”, aldus de supermarktgroep destijds.
Geen aftrek
In maart vorig jaar noemde de rechtbank van Haarlem de zaak ongegrond en ook in beroep heeft de rechtbank van Amsterdam nu geoordeeld dat de aanslag van de vennootschapsbelasting niet te hoog is, meldt RTL Z. Een streep door de rekening, want over tien jaar tijd had Ahold Delhaize anders in totaal liefst 200 miljoen euro belastingvoordeel kunnen genieten.
Ahold Delhaize bestudeert het verdict, maar benadrukt dat het de belastingen wel altijd is blijven betalen. Het bedrijf hoeft dus geen geld bij te storten. Het loopt enkel een verhoopte terugbetaling mis. Dat is anders dan in België, waar de fusiegroep vorig jaar een naheffing van 382 miljoen euro moest bijbetalen na een geschil met de fiscus over de overname van Amerikaanse Delhaize-winkels.