Europa overweegt de regels voor genetisch gemodificeerd voedsel te versoepelen. De gewassen zijn namelijk een oplossing om de voedselproductie te verduurzamen, besluit een nieuwe studie van de Europese Commissie.
Nieuw juridisch kader nodig
Om de duurzame ‘Green Deal’-doelstellingen van de Europese Unie te bereiken, moeten wetgevers en de voedselindustrie ook naar genetisch gemodificeerde gewassen durven kijken. Dat concludeert een nieuw rapport van de Europese Commissie. Een revaluatie van de risico’s, en dus ook van de strenge regels, dringt zich op. Huidige wetgeving rond de omstreden technologie dateert immers al van 2001 en is daardoor voorbijgestreefd. Vandaag is het namelijk mogelijk om bestaande gewassen genetisch te verbeteren, en dat is nog iets anders dan de “GGO’s” van de eerste generatie, aldus de onderzoekers.
De Commissie start dan ook een consultatieronde op om een nieuw juridisch kader te schetsen. Al zal dat niet van een leien dakje lopen: hoewel onder meer Duitsland en Frankrijk meteen enthousiast reageerden, komt er ook onmiddellijk veel tegenwind. Nog eind december werd in het Europees Parlement een voorstel weggestemd om verschillende soorten gemodificeerde sojabonen en maïs toe te laten. In 2018 oordeelde het Europese Hooggerechtshof bovendien al dat de nieuwe technieken nog steeds onder het huidige wettelijke kader voor GGO’s vallen.
Een akkoord lijkt nog ver weg te zijn, aangezien de onderzoekers aandringen dat de duurzaamheidsdoelstellingen zonder genetisch gemodificeerde voedselproductie niet te halen vallen, terwijl tegenstanders in het rapport enkel de hand van lobbygroepen voor de landbouw- en biotechnologiebranches zien. De vragen die op tafel liggen, zijn onder meer of gemodificeerd voedsel in Europa mag worden geconsumeerd – zij het door mens of dier – en hoe het dan gelabeld moet worden. Op dit moment zijn in Europa geen genetisch gemodificeerde producten op de markt.