Milieuactivisten en Belgische en Nederlandse vakbonden lieten zich horen op de aandeelhoudersvergadering van Ahold Delhaize. Een antwoord op hun eisen kregen ze niet: aan het controversiële toekomstplan van Delhaize verspilde de directie geen half woord.
Vragen over milieu en lonen, niet over Delhaize
Liefst drie verschillende actiegroepen demonstreerden woensdag luidruchtig voor het hoofdkantoor van Ahold Delhaize in Zaandam, waar de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering van de retailer plaatsvond. De Nederlandse vakbond FNV eiste een einde aan de inkomensverschillen binnen het bedrijf en een leefbaar loon voor iedereen. De Belgische vakbonden protesteerden tegen de plannen van Delhaize om de 128 Belgische filialen te franchiseren. Klimaatactiegroep Milieudefensie ten slotte dreigde met een rechtszaak als de retailer zijn uitstoot tegen 2030 niet met minstens 45% verlaagt.
Na de formele plichtplegingen die nu eenmaal bij een aandeelhoudersvergadering horen, was er tijd voor vragen. Vertegenwoordigers van Milieudefensie en FNV overhandigden petities. Een aandeelhouder vroeg een belastingverslag per land. Een landbouwster die bewust niet aan de supermarkt levert, beschuldigde Ahold Delhaize van een nefaste invloed op de biodiversiteit. Advocate Bénédicte Ficq stelde heel bezorgd te zijn om haar nageslacht: “De snelle winst is het grote verlies.” Een andere aandeelhouder vroeg: “Kunnen we de prijzen voor plantaardige producten verlagen?” Vanuit de Verenigde Staten kwamen dan weer verwijten over schending van mensenrechten bij Hannaford.
CEO Frans Muller en de andere directieleden gaven de te verwachten antwoorden, maar over de kwestie Delhaize viel er geen woord.