Na een enorme omzetpiek tijdens de pandemie volgde vorig jaar een flinke terugval voor Bio-Planet. De duurzame winkelketen moest harde keuzes maken, maar ziet nu de klanten weer terugkeren. “Bewust consumeren zit in de lift.”
Stormachtige periode
Drie jaar geleden, nét voor de uitbraak van de coronapandemie, kwam Jan Van Holsbeke aan het roer bij Bio-Planet, de biologische supermarktketen van Colruyt Group. Sindsdien loodst hij de retailer door de ene storm na de andere. “We beleefden een megapiek tijdens de lockdowns. De enige ontspanning die mensen hadden, was naar de winkel gaan en thuis samen koken. Dat was een grote uitdaging: je wilt goed zorgen voor je werknemers, maar ook voor je klanten.” Maar daarna kwam de terugval: de horeca ging weer open, mensen konden weer op reis. “En net toen we dachten dat alles weer stabiliseerde, brak de oorlog in Oekraïne uit.” De gevolgen van de energiecrisis en de inflatie waren zwaar voor de retailer.
“Het was geen aangenaam jaar. Onze vaste klanten bleven wel voor ons kiezen, maar ze kochten minder. Nieuwe klanten aantrekken werd nog moeilijker, want bij ons is het toch een beetje duurder, ook al trachten we goed uit te leggen wat je daarvoor in ruil krijgt: goeie producten, correcte relaties met de producenten, een meerwaarde voor de gezondheid van mens en planeet. Die hogere prijzen zijn onvermijdelijk, ze hangen vaak ook samen met wettelijke parameters, zoals de normen op het aantal dieren in een stal.”
Assortiment gesaneerd
Bovendien kwamen de leveranciers met de vraag om hun hogere kosten door te rekenen, wat over het jaar heen zo’n 8% prijsinflatie met zich meebracht. “Wat eigenlijk redelijk beperkt is: onze overwegend kleinere leveranciers hebben de prijzen niet vanuit strategie verhoogd.” Maar het verdict was hard: meer dan 10% volumeverlies, dat Bio-Planet niet kon goedmaken met prijsverhogingen. “Ondertussen bleven de energieprijzen en de loonkosten stijgen. Dan moet je je organisatie bijsturen. We hebben hier en daar harde keuzes moeten maken, om structureel weer gezond te worden.”
De retailer sneed in het assortiment, bijvoorbeeld: van meer dan zesduizend referenties ging het naar vijfduizend, aangevuld met een vijfhonderdtal seizoensartikelen. “Dat zijn nog altijd 5.500 zeer duurzame producten die we ruimte en tijd kunnen geven om zich te bewijzen. Al zijn we wat strenger geworden: we zullen een product nu eerder zes maanden geven dan een vol jaar, voor we het evalueren.”
E-commerce teruggeschaald
De samenwerking met boodschappendienst Collect&Go, bedoeld om online ook beschikbaar te zijn voor klanten die geen Bio-Planet in hun buurt hebben, ging noodgedwongen op de schop: “In onze winkels de bestellingen klaarzetten om ze dan te transporteren naar verschillende afhaalpunten van Collect&Go, dat was geen duurzaam model, gezien de hoge transport- en loonkost. Daarom hebben alle 33 Bio-Planet vestigingen nu hun eigen afhaalpunt in huis. We verliezen daardoor wel iets aan toegankelijkheid, maar we komen toch nog tegemoet aan een klantbehoefte.”
Wel succesvol was de test met de Collect&Go Walk-In afhaalpunten in Brussel: “In een grootstad is dat een efficiënt model. We willen liever inpluggen op succesvolle concepten van de groep, dan zelf iets aparts uitbouwen met een te hoge kost.”
Structurele keuzes
Ook besloot Bio-Planet om definitief te stoppen met de papieren folder. “Gedreven vanuit twee vragen: kunnen we dat nog betalen, en is dat nog wel duurzaam? Het was het perfecte moment, verschillende klanten vroegen al naar een digitale folder. We hebben het niet getest, we zijn er gewoon bruusk mee gestopt en we kregen weinig negatieve reacties van klanten. Enkel bij een winkelopening verdelen we nog papier in de wijk.” Dat is het voordeel van zo’n goeie storm, vindt Jan Van Holsbeke: “We maken structurele keuzes.”
En nu? “The only way is up. We hebben de dip gehad, we hebben de kosten aangepakt, en we zien sinds januari weer een 5% stijging in aantal kastickets tegenover een jaar geleden. Klanten komen frequenter en we trekken nieuwe klanten aan. In maart en april groeide ook de omzet opnieuw, terwijl de korf stabiliseert. Klanten kopen misschien een artikel minder maar ze zijn nog steeds bereid te besteden wat ze vroeger besteedden. Dat zijn goede signalen.”
Duurzame consumptie vergemakkelijken
De biomarkt herleeft, nadat ze eerder in heel Europa gedaald was. “Op de lange termijn zit bewust consumeren zeker in een stijgende lijn, traag maar zeker. Dat is niet tegen te houden. Mensen maken de klik, het beleid ook. Hoe lang zal het duren tot we weer op het Covid-topniveau zullen zitten, is afwachten. We hebben hoop: tijdens Covid zagen klanten dat ze bij ons voor het volledige aanbod terecht kunnen. We vergemakkelijken het mensen om duurzaam mee te werken aan een gezondere planeet. Dat begint bij jouw aankoop- en consumptiegedrag, zonder veel moeite.”
“We zijn een bio-supermarkt, die alles onder één dak aanbiedt. Die propositie werkt. Met Moederdag hebben we ook een boeketje bio tulpen, en met Pasen hebben we ook bio paaseieren.” In non-food deed Bio-Planet in het verleden pogingen met schoenen en kledij, onder andere. “Leuke producten, maar daar zit online al zoveel business op. Wij hebben enkel non-food nodig in de context van de wekelijkse boodschappen. Dat aanbod hebben we dus ook verkleind.”
Eiwittransitie
Het Boni Bio huismerk, ongeveer 330 referenties nu, biedt een goede kwaliteit aan de laagste prijs. “Mensen zijn op zoek naar unieke producten, maar verwachten ook een basisassortiment tegen een goeie prijs-kwaliteitverhouding, waar je niet over hoeft na te denken.” Bulk wint aan belang in het aanbod. “Vroeger plaatsten we het hele bulkaanbod samen, nu doen we dat per assortiment, vanuit de logica van onze klant. Bij de koffie vind je de bonen, bij de ontbijtgranen vind je bulk naast de verpakkingen… In de nieuwste winkels bakken we ook vers brood af en hebben we patisserie toegevoegd.”
De eiwittransitie is voor Bio-Planet heel belangrijk: “We hebben de sojaburgers gelanceerd, groenteburgers, en nu hybride burgers met erwten of zeewier, met betere voedingswaarden en toch de smaak van een hamburger. Producten ontwikkeld op maat van consumenten die meer groenten willen eten maar nog niet klaar zijn om vlees op te geven. We bedienen ook een publiek van mensen met gluten- of lactose-intolerantie, met diabetes… De gezondheid van de planeet en van de mens, dat hangt samen.”
Voortrekkersrol
De positie van de bioketen staat ondanks die moeilijkheden binnen Colruyt Group alleszins niet ter discussie: “Vanuit de groep is er veel geloof in Bio-Planet, al zijn er ook maatregelen nodig om alles goed te blijven managen”, zegt Van Holsbeke. “Dat vraagt wat moed en geloof. We zijn bezig om structureel gezond te worden.” De keten kwam er immers vanuit de visie van topman Jef Colruyt, die vond dat de groep een enseigne nodig had dat 100% voor duurzaamheid gaat, zonder teveel beperkingen. “Bio-Planet is onze voornaam, Colruyt Group onze familienaam. Binnen de groep nemen we een voortrekkersrol op in duurzaamheid, om de ervaringen dan door te geven aan Okay, Spar of Colruyt Laagste Prijzen: dit werkt, dit hebben we getest, dit is een tof product, dit slaat aan.”
Of Bio-Planet nog expansie-ambities koestert? “Het doel lag altijd op een vijftig à zestigtal winkels, maar hoe meer je er hebt, hoe meer je naar de overlap kijkt. Het consumentengedrag wijzigt: wat hebben we nog nodig in bricks, tegenover clicks? We kunnen zeker nog groeien, al zijn onze klanten wel bereid om wat verder te rijden. We hebben onlangs een nieuwe winkel geopend in Doornik: die is voorzichtig gestart, maar toch met een mooi aantal klanten per week. We openen er het lopende boekjaar nog in Hannuit en in Londerzeel. En we gaan in 2024 onze eerste winkel in Luxemburg openen, omdat we weten dat het aandeel bio-aankopen daar dubbel zo hoog ligt als in België.”