De rechtbank in Den Haag ziet geen redenen om in kort geding de beslissing van PostNL te schorsen om de vergoeding voor de distributeurs met een postpunt aanzienlijk te verlagen.
Verlies van 9.000 euro aan inkomsten
De Vereniging van Postale en Bancaire Retailers (VVP) had een kort geding aangespannen nadat PostNL de vergoeding had verlaagd voor winkeliers die pakjes voor de postdiensten aanvaarden op 1 juli 2016 met 25% à 40%. Volgens de belangenorganisatie betekende dat voor de winkeliers met een PostNL-punt een omzetverlies met gemiddeld 9.000 euro.
De VVP vroeg aan de rechter in kort geding om de beslissing alvast te willen schorsen tot er een uitspraak ten gronde zou worden gedaan. De rechter is echter niet ingegaan op de vraag. Volgens de VVP gebeurde dat omdat de situatie te complex zou zijn om in kort geding te behanden. Bovendien konden de financiële consequenties van de verlaging van de vergoeding niet volledig worden overzien.
Procedure ten gronde
Voorzitter Gerard van Wezenbeek van de VVP stelt intussen dat zijn organisatie in de procedure ten gronde wel inhoudelijke mogelijkheden krijgt om de beslissing van PostNL te laten herroepen. Voorts hoopt hij dat er weer met PostNL kan worden overlegd. “Er verandert veel in de post- en pakkettenmarkt. Het is goed dat we daar als postbedrijf en organisatie van postretailers samen in optrekken”. Nu verwijt hij de postorganisatie nog misbruik te maken van haar economische positie.
Zo’n 2.500 winkeliers met een postpunt van PostNL zouden door de maatregel worden getroffen.