Zara en Shein lanceren zich in de tweedehandsverkoop. De twee grootste fastfashionspelers spelen zo in op de vraag naar een duurzamere modesector, maar pikken ook in op een markt die mogelijk groter wordt dan hun eigen branche.
Platform voor doorverkoop
Zara start een ‘pre-owned’-service in het Verenigd Koninkrijk, waar klanten kledingstukken van het merk online te koop kunnen aanbieden. Verkopers nemen zelf foto’s en laden die op naar het eigen verkoopplatform van Zara. Van zodra iemand de items koopt, worden de gegevens van de koper doorgegeven en is het aan de verkoper om de kleren zelf op te sturen.
De service zal aanvankelijk niet winstgevend zijn, verwacht hoofd duurzaamheid Paula Ampuero. “In dit stadium is het platform uitsluitend opgevat als een hulpmiddel om klanten te helpen de levensduur van hun kleding te verlengen en een meer circulaire aanpak te hanteren”, zegt ze aan The Guardian.
Verder kunnen consumenten vanaf 3 november ook kleding thuis laten ophalen om ze te doneren – dankzij een samenwerking met het Britse Rode Kruis – en online of via een winkel een afspraak boeken om beschadigde kledingstukken te laten herstellen. Het Verenigd Koninkrijk is gekozen als testmarkt, maar indien succesvol zal de dienst waarschijnlijk worden uitgebreid naar andere markten.
Shein toont ‘duurzaam’ engagement
Ook Shein gaat van start met tweedehands. De Chinese producent van ultrasnelle mode tegen bodemprijzen lanceert in de Verenigde Staten een doorverkoopservice. Onder de naam Shein Exchange kunnen Amerikanen in de app van de webshop gedragen of ongewenste producten van het merk kopen en verkopen, bericht South China Morning Post. De retailer neemt zelf een commissie van 5% op elke verkoop.
Naar eigen zeggen wil de Chinese kledinggigant – in de VS sinds 2021 nog groter dan H&M en Zara – kleding met het initiatief zo lang mogelijk in omloop houden door tweedehands kopen net zo gemakkelijk en handig te maken als het kopen van iets nieuws. Shein zegt ook dat de stap deel uitmaakt van een breder engagement om het probleem van textielafval in de modesector aan te pakken.
Financiële motieven
Het nieuws is opmerkelijk, omdat Shein net bekendstaat om zijn bijzonder goedkope ‘wegwerpkledij’. Bovendien zond de Britse tv-zender Channel 4 maandag een ophefmakende reportage uit waarin de arbeidsomstandigheden in de fabrieken op de korrel worden genomen. Er is sprake van uitbuiting en onderbetaling. Het bedrijf, dat eind vorig jaar nog een wereldwijd duurzaamheidsverantwoordelijke aanstelde, reageerde ondertussen dat het uiterst bezorgd is over de beweringen van de televisiezender en dat het partnerships die niet aan de eigen normen voldoen, zal beëindigen.
Maar wellicht speelt meer op dan het geweten van de modereuzen. De Europese e-commercefederatie CBCommerce voorspelt dat de tweedehandsverkoop tegen 2025 zelfs anderhalf keer zo groot zal zijn als die van fastfashion en ‘pre-loved’ items 13% van de gemiddelde kledingkast zullen uitmaken. In 2020 verdubbelde de Europese tweedehandsmarkt al van naar zes miljard euro. 41% van de grootste onlinemarktplaatsen verkopen ondertussen al tweedehandsgoederen.