Optimisme versus pessimisme
Wie heeft er nou gelijk? De optimisten van het CBS verklaren in een persbericht dat de groei van 0,2 procent in de huishoudelijke bestedingen (gemeten in november 2013 en vergeleken met november 2012) weliswaar minimaal is, maar wél de eerste toename is van de consumptie in bijna tweeëneenhalf jaar.
Voor de pessimisten van ABN Amro is dit niet meer dan een verloren zwaluw die bepaald geen economische lente aankondigt. De bankiers meten een veel grotere periode en stellen dat sinds half 2008 de consumptieve uitgaven van huishoudens zijn afgenomen. Met alle gevolgen vandien voor de retail, waarvan het volume sinds 2008 gemiddeld met 13 procent daalde en in sommige sectoren met bijna 40 procent.
Een kwestie van termijn
In dat licht bezien, zet je niet meteen de champagne koud, maar elke lange reis begint met een eerste stap. Het verschil tussen optimisme en pessimisme is puur een kwestie van termijn. Zo is het frappant dat het optimisme van het CBS gekoppeld is aan een toegenomen besteding aan duurzame goederen: deze categorie noteerde een plus van 4,6 procent ten opzichte van november 2012.
In november 2013 kochten consumenten volgens het CBS immers vooral meer auto’s, kleding en schoenen dan in dezelfde maand een jaar eerder. Dat deden ze zelfs in die mate dat het totaal van de bestedingen voor het eerst weer eens een plus noteerde. Dit moet toch een hoopvol signaal zijn, want juist de uitgaven aan deze duurzame goederen hebben zo enorm onder druk gestaan.
“De daling van de vrije consumptie is het meest zichtbaar in de bestedingen aan duurzame goederen”, schrijft ABN Amro over de periode sinds 2008. “Hieronder vallen onder andere uitgaven aan kleding, consumentenelektronica en huishoudelijke artikelen. Zaken waarvan, juist vanwege hun duurzame karakter, een eventuele aankoop vaak kan worden uitgesteld wanneer de financiële ruimte voor vrije uitgaven minder wordt.”
Niet consumeren, maar aflossen
De ruimte voor vrije uitgaven heeft volgens de bank enorm te lijden gehad onder dalende lonen en stijgende pensioenpremies, die in combinatie met lastenverzwaringen het besteedbare inkomen drukten. Verder daalden de huizenprijzen en de aandelenkoersen in de jaren na 2008, zodat de vaste lasten voor wonen, energie en verzekeringen extra zwaar wegen. Juist daar gaat de consument maatregelen nemen om het eigen huishoudboekje weer op orde te brengen, zo stelt ABN Amro.
Het draait dus niet meer om consumeren, maar om aflossen. Dat zit zó diep dat er zelfs sprake lijkt van een mentaliteitsverandering van de toch al als zuinig bekendstaande Nederlander. “Tot 2009 werd schuld als gangbaar middel gezien om consumptieve uitgaven mee te bekostigen, bijvoorbeeld door de overwaarde op huizen te verzilveren via consumptief te besteden hypotheken”, schrijft de bank. “Inmiddels heeft de crisis en de dalende huizenprijzen ervoor gezorgd dat er anders tegen schuld wordt aangekeken.”
Een hoopvol signaal
Dat er in november 2013 dan toch meer aan duurzame consumptiegoederen is besteed, kan op een kentering wijzen. Het positieve signaal wordt in elk geval dankbaar overgenomen door de media. Is he ook echt een hoopvol signaal voor de toekomst?
Het CBS tempert het eigen optimisme alvast door te stellen dat de consumptieradar voor januari 2014 net zo ongunstig is als in december 2013, terwijl ABN Amro voor dit jaar nog steeds druk op de consumptieve bestedingen verwacht vanwege stijgende vaste lasten. Pas in 2015 verwacht de bank een licht herstel van de consumptie, met een “zeer bescheiden” 0,3 procent. Al is dat toch een tiende procentpunt meer dan de maandelijkse consumptiestijging waarvoor het CBS nu de vlag uitsteekt.
Het duurt volgens ABN Amro ook nog tot 2015 voordat de retail iets zal merken van het herstel, en dan nog zal dat effect uiterst bescheiden zijn: een half procent groei, meent de bank. De relatief hoge particuliere schulden die de Nederlandse huishoudens met zich meetorsen, blijven een molensteen om de nek. Het kan zelfs leiden tot een nieuwe neerwaartse spiraal: de consumenten kunnen weer gaan remmen op de bestedingen, waardoor de detailhandel opnieuw te maken krijgt met dalende bestedingen, verlies aan werkgelegenheid en meer failissementen.
Onorthodoxe maatregelen
Vandaar dat de overheid “onorthodoxe maatregelen” moet nemen, zo adviseert de bank. Niets doen en vertrouwen op de markt leidt ertoe dat er tot zeker 2018 druk zal blijven op de particuliere bestedingen, wat ook de retail en de horeca zal treffen. Actief beleid, bijvoorbeeld om mensen te stimuleren om hun hypotheekschulden versneld af te lossen, brengt bij grote groepen mensen de koopkracht daarentegen versneld weer op peil.
De zwaluw die ABN Amro ziet vliegen is de verlaging van de pensioenpremies die het grootste pensioenfonds van Nederland – het ambtenarenfonds ABP – aankondigde. Wanneer deed het ABP dit ook alweer? Juist, in november 2013. Wie weet is dit achteraf bezien wel de maand geweest waarin alles begon te veranderen. Daar kunnen de pessimisten en optimisten van vandaag het dan van harte over eens zijn.